Osamu Tezuka's Boeddha wiki
Advertisement

Soeddhodana was de vader van Siddharta en de koning van Kapilavastoe voordat het land werd veroverd door

King suddhodana 23883

Kosala. Tijdens de manga's wordt duidelijk dat  Soeddhodana veel moeite met het opvoeden van zijn zoon en dat hij stond niet gepaald een sterk leider. Zijn grootste wens was dan ook dat Siddharta hem als een sterk staatshoofd zou opvolgen. Een wens die nooit in vervulling ging

Biografie[]

Kapilavastoe[]

Soeddhodana debuteert in het eerste album. Als koning in gespannen tijden krijgt hij van zijn soldaten het positieve nieuws te horen dat het vijandige Kosalaanse leger door een sprinkhanenplaag genoodzaakt ziet terug te trekken. Soeddhodana deelt dit nieuws met zijn zwangere vrouw Maya. Ze wisselen enkele eigenaardige gebeurtenissen met elkaar uit; Maya die elke maand dezelfde droom krijgt en Soeddhdana die onder het jagen omsingeld wordt door  wilde dieren die hem liefdelijk benaderen, waardoor de behoefde tot jagen hem ontgaat. Soeddhodana concludeert datdit alles te maken heeft met de komt van zijn nog ongeboren kind en voorspelt dat het kind later de wereld zal gaan veranderen.

Vier maanden later vertrekt Maya traditiegetrouw naar haar geboorteplaats om haar kind te baren. Als de geboorte onderweg reeds plaatsvindt, wordt besloten naar Kapilavastoe terug te keren alwaar Soeddhdana zijn gezin opwacht. Zijn pasgeboren zoon noemt hij Siddharta, maar het geluk van diens komst moet Soeddhodana gelijk aan de kant zetten voor verdriet, omdat Maya sterft aan een bloedsvergiftiging.

Een tijdje later wordt Soeddhodana bezocht door de bramaan Asita, die voorspelt dat Siddharta in staat zal worden om de weg van het leven te onderwijzen en dat hij de grootste heilige op aarde zal worden. Deze woorden maken Soeddhodana angstig en hij vraagt zich af of hij wel waardig is om zo'n kind op te voeden. Asita stelt hem echter gerust en adviseert Siddharta als elke andere prins op te voeden.

Vier ontmoetingen[]

In het tweede album is Soeddhodana hertrouwd met Pajapati. Soeddhodana is bezorgd over Siddharta's zwakke gezondheid en om zijn zwaarmoedige levenshouding.

Tot Soeddhodana's ontstemming onthult Siddharta dat hij het liefst het paleis ontvlucht en ontsterft zou worden. Na een ontsnapping en een opgelopen zoekte besluit Soeddhodana Siddharta te koppelen aan zijn nicht Yashodara. Siddharta wil echter niet met haar trouwen, zonder haar via een bruidstoernooi te winnen, zoals tradities dat voorschrijven. Soeddhodana vind Siddharta hier te zwak voor, vooral als bruten als Bandaka meedoen. Soeddhodana laat Kachanna meedoen, die de andere aambidders zou uitschakelen en opzettelijk zou verliezen van Siddharta. Kachanna wordt echter door Beratta overwonnen, maar nadat onthuld wordt dat Beratta een vrouw (Migaila) is, wordt ze gediskwalificeerd en Siddharta wint Yashodara. Soeddhodana is eerst van plan om Migaila te executeren, maar Siddharta weet hem om te praten, waarna Migaila wordt verbannen nadat haar ogen zijn uitgebrand. Soeddhodana krijgt opnieuw problemen met zijn zoon, wanneer Siddharta op een dak gaat zitten vasten en nadat elke poging om hem eraf te halen mislukt. Soeddhodana staat toe dat vijf asceten, door Bandaka gestuurd, hem met hun handigheid van het dak af te krijgen. Dit lukt uiteindelijk, nadat de asceten hem overhalen te trainen in het woud van Oeroevela. Na een conflict met Bandaka ziet Siddharta genoodzaakt voorlopig in het paleis te blijven. Soeddhodana is trots op Siddharta's optreden tegen Bandaka, en hij vindt het tijd om troonafstand te doen. Omdat Siddharta niet van plan is lang te blijven sluit zijn vader hem in zijn kamer op. Siddharta ontsnapt toch en Soeddhodana's hoop op een sterke koning van Kapilavastoe verdwijnt.

Nadat Siddharta vertrokken is, valt Kosala Kapilavastoe binnen. Soeddhodana is te zwak om het land te verdedigen, en hij ziet zich genoodzaakt om Bandaka tot legeraanvoerder te benoemen. Deze eist echter de troon op, welke Soeddhodana uiteindelijk aan hem afstaat. Nadat Bandaka sneuvelt, wordt Soeddhodana weer koning en geeft hij Bandaka een eervolle cramatie.

Het woud van Oeroevela[]

In het vierde album wordt Kapilavastoe door Kosala binnengevallen. Prasenajit is erachter gekomen dat de edelvrouw die de Shakiya's hem als bruid hebben gestuurd eigenlijk een slavin is, en Soeddhodana wordt voor straf opgesloten en verhongerd.

Het hertenpark[]

Soeddhodana komt eigenlijk niet persoonlijk voor in het vijfde album, maar in een verhaal dat Boeddha vertelt over een hertenkoning die met een mensenkoning afspreekt dat er niet meer op herten wordt gejaagd als elke dat een hert zich opoffert, vertolkt Soeddhodana de mensenkoning. Dit is ook wel zo toepasselijk, omdat de mensenkoning aan het eind van het verhaal zo geroerd wordt door de opoffering van de hertenkoning om een zwangere ree te redden, dat hij voorgoed stopt met jagen. Soeddhodana had zelf ook zijn boog aan de wilgen gehangen.

Prins Ajatasattoe[]

In het zevende album toont Viroedhaka Boeddha was er van diens vader over is; een oud vermagerd wrak dat zijn zoon niet meer herkent. Boeddha lijkt even kwaad op de Kristallen prins te worden, maar tot diens ergernis heeft Boeddha enkel medelijden met de prins.

Jetavana[]

In het achtste album is Soeddhodana weer vrij. Hij is echter te zwak geworden om nog te kunnen lopen, dus moet hij op een brancard worden versleept. Samen met andere geweldschuwende Shakiya's ontvlucht Soeddhodana Kapilavastoe wanneer wrokkige Shakiya's oorlog willen met de Kosalanen. Boeddha geeft de gevluchtelingen wegens lafheid op hun kop, en Soeddhodana geeft zijn zoon gelijk. Nadat de strijd is losgebarsten en door de Shakiya's verloren treurt Soeddhodana samen met Yashodara en Pajapati om het verlies van de gesneuvelden. Als Boeddha Kapilavastoe verlaat, belooft Viroedhaka goed voor Soeddhodana en de overgebleven Shakiya's te zorgen. Soeddhodana's lot wordt niet onthuld.

Advertisement